Het is woensdag halfelf en de koffie pruttelt in Raalte. De gekleurde mokken staan klaar, verse koekjes liggen in de trommel. Barman Gerard doet het nog even rustig aan – eerst zelf een bakkie leut en een krantje.
Druk baasje
Gerard is gepensioneerd, dus de grote haast is van zijn leven af. Toch heeft hij nog best een vol programma. “Op maandag en donderdag taxi ik bezoekers van buurtboerderij Het Oostenbroek in Luttenberg heen en weer. Op woensdagochtenden ben ik hier, in het zelfregiecentrum. Soms rijd ik ook nog voor de alarmcentrale. Maar dinsdagen en vrijdagen houd ik voor mezelf. Tja, de was wandelt helaas niet uit zichzelf de kast in…”
Een half leven in metaal
Als vijftienjarige kwam Gerard ook al in Raalte, al woonde hij toen nog op de boerderij van zijn ouders in Lemelerveld, waar hij opgroeide. “Als jonge jongen reisde ik iedere dag af naar dit dorp om bij machinefabriek Stappenbelt mijn eerste ervaring in staalverwerking op te doen. Daarna zat ik even in Zwolle en toen negenendertig jaar bij Buiting, een metaal- en constructiebedrijf in Broekland. In februari 2022 ging ik met pensioen.”
Niet de beste tijd
Daarvoor kende Gerard moeilijke jaren. “In 2019 verkochten ik en mijn vrouw de boerderij van mijn ouders om kleiner te gaan wonen in Raalte. Onze gezondheid ging achteruit, mijn vrouw bleek in die tijd ernstig ziek. We konden nog net naar Raalte verhuizen voor ze echt verslechterde. Haar laatste maanden beleefde ze bij mij, in ons nieuwe appartement.”
Bijna dertig jaar waren ze samen toen ze thuis overleed. “Dat was al een enorme klap, zoals je je kunt voorstellen. Ineens ben je alleen. Maar toen kwam ook nog corona eroverheen. Ik kon de deur nauwelijks uit, de cafés zaten potdicht, het was ieder voor zich – een rare, eenzame tijd. Dat thuiszitten is voor niemand goed en ook voor mij niet, het stompte me helemaal af.’
Een kennis die al in het zelfregiecentrum in Raalte kwam, tipte me. ‘Ga daar eens je oor te luisteren leggen,’ zei ze, ‘daar kun je nieuwe mensen ontmoeten en hand-en-spandiensten verrichten.
Behoefte aan mensen
Gerard miste sociaal contact, en toen hij vlak na de pandemie met pensioen ging, verloor hij ook nog een groot deel van zijn daginvulling. “Een kennis die al in het zelfregiecentrum in Raalte kwam, tipte me. ‘Ga daar eens je oor te luisteren leggen,’ zei ze, ‘daar kun je nieuwe mensen ontmoeten en hand-en-spandiensten verrichten’. Op een woensdagmorgen liep ik binnen. Fijne sfeer, dacht ik direct. Aardige mensen. Gewoon een mooie, warme plek.”
Gerard maakte kennis met ‘gastvrouw’ Annie en coördinator Lisanne. “Het was een prettig welkom. Ik kreeg een heerlijke bak koffie – daar maak je me altijd blij mee – en kreeg meteen uitgelegd wat ik allemaal kon doen. Op de woensdagen zochten ze bijvoorbeeld nog iemand om koffie te zetten, zo nu en dan een doekje over de tafels te halen en boodschappen te doen bij de supermarkt. Dat leek me wel wat.”
Flink wat afgeslurpt
Sindsdien is Gerard het vertrouwde gezicht op de woensdagochtend. Vanaf een uur of halfelf zwengelt hij de koffiemachine aan. “De meeste mensen kennen me inmiddels. Er zijn zo veel verschillende gezichten. Jong en oud, overal vandaan. Maar ik kan niet te veel praatjes maken, zeg. Het is druk, en ik kan je zeggen: er wordt flink wat afgeslurpt.”
Vrije rol
Het voelt eigenlijk als een soort extern huishouden. Iedereen heeft een rol. “De een kookt, de ander ruimt de vaatwasser uit en brengt de schone koppen naar me toe. Maar alles is vrij. Natuurlijk zorg ik ervoor dat er genoeg koffie is. Maar ik kan ook even weglopen om iemand ergens een handje mee te helpen, buiten een sigaretje te roken, aan de grote tafel te zitten of me even af te zonderen. Ik kan doen waar ik behoefte aan heb.”